De technische ontwikkelingen in de autosport staan geen moment stil. In geen enkele klasse wordt de technische vooruitgang zo duidelijk in beeld gebracht als bij de FIA Lurani Trophy voor Formule Junior-auto’s. In het rennerskwartier van de Historic Grand Prix Zandvoort was dat goed zichtbaar.
De Formule Junior floreerde in de jaren 1958 – 1963. Legendarische coureurs zoals Jim Clark, John Surtees en Jochen Rindt klommen via de Formule Junior door naar de Formule 1.
Eind jaren vijftig, begin jaren zestig was ook de periode waarin de techniek van formuleauto’s radicaal veranderde. De oudere auto’s hebben de motor voorin en zijn voorzien van trommelremmen. De auto’s uit de laatste jaren van de Formule Junior hebben veelal een achterin gemonteerde motor en schijfremmen, net als de huidige Formule 1-auto’s. Ook op andere gebieden gingen de ontwikkelingen in die tijden snel. Denk aan het chassis en de wielophanging.
De Rayberg Formule Junior van Floris-Jan Hekker uit 1959 was de oudste auto in het veld van de FIA Lurani Trophy.
De Rayberg zonder zijn prachtige carrosserie: motor voorin en trommelremmen. Let ook op de bovenste wielophanging, met bladveren.
De Lotus 20B van Mark Pangborn is van 1961. De auto is maar twee jaar jonger dan de Rayberg van Floris-Jan Hekker, maar de technische verschillen zijn enorm. Het meest opvallende onderscheid: de motor zit achterin.
De Lotus 20B is voorzien van schijfremmen. De wielophanging is ook totaal anders dan van de Rayberg. Samen met de achterin geplaatste motor en nog enkele doorontwikkelingen zorgt dat ervoor dat deze Lotus geen partij is voor de Rayberg.
Mede om te voorkomen dat de deelnemers met oudere auto’s kansloos zijn voor een ereplaats, telt de FIA Lurani Trophy maar liefst negen verschillende klassen.
Bron: pb historic grand prix zandvoort
Foto’s: pb historic grand prix zandvoort